Behandeling patella instabiliteit

Behandeling patella instabiliteit

 

Het stabiliseren van de knieschijf kan op verschillende manieren. Bij een onbalans zal de knieschijf in bijna alle gevallen de neiging hebben om naar de buitenkant te ontsporen.

  • Soms is het voldoende om het kapsel aan de binnenzijde van de knieschijf aan te spannen en het kapsel  aan de buitenzijde te verruimen (rafie-release).
  • Deze stabilisatie kan ondersteund worden door een peesplastiek waarbij een hamstringpees getransplanteerd wordt om de knieschijf naar de binnenzijde te stabiliseren (reconstructie van het mediaal patello-femoraal ligament).
  • Indien het “sporingsprobleem” meer zijn oorzaak vindt in de plaats van de aanhechting van de pees van de knieschijf, dan wordt de aanhechting van de pees met een stukje bot verplaatst en op de optimale plaats weer gefixeerd (tuberositas tibiae transfer).

Om deze behandeling te kunnen uitvoeren, worden één of meerdere wondjes gemaakt over de knie. De plaats van de wondjes hangt af van het soort ingreep dat zal plaatsvinden.
Afhankelijk van de soort operatie is dagopname of een korte opname in het ziekenhuis aangewezen.

Voorbereiding op een patella-stabilisatie

Voordat u de operatie kunt ondergaan om de knieschijf te stabiliseren, zullen een aantal vooronderzoeken en voorbereidingen plaatsvinden:

 

  • De operatiedag wordt ingepland. Een operatie voor de stabilisatie van de knieschijf vindt meestal plaats onder één nacht hospitalisatie, wat betekent dat u de dag na uw behandeling weer naar huis kunt.

  • U bezoekt de verpleegkundige op de pre-operatieve raadpleging. Er zal minimaal een vragenlijst moeten ingevuld worden. Eventueel zullen er nog enkele onderzoeken moeten gebeuren (bloedonderzoek, elektrocardiogram, …). De aanvraagformulieren en meer informatie over deze onderzoeken vindt u in uw blauwe pre-opname map. Indien gewenst kunt u ook een anesthesist raadplegen die bepaalt of u de operatie kunt ondergaan en geeft u uitleg over de verschillende vormen van verdoving en pijnbestrijding zowel tijdens als na de operatie. Meer informatie over anesthesie leest u hier.

  • U dient nuchter te zijn vanaf middernacht, de avond voor de behandeling.

  • Meestal wordt na de operatie een gips aangelegd voor een tiental dagen. Nadien zult u meestal een brace krijgen tot 6 weken na de operatie. De bevindingen tijdens de operatie kunnen de nabehandeling meebepalen. Uw orthopedisch chirurg zal de optimale nabehandeling met u bespreken. Bij gipsimmobilisatie worden soms bloedverdunnende middelen gegeven ter preventie van flebitis of longembolie.

  • U haalt op tijd krukken in huis, die u op de dag van de operatie meeneemt naar het ziekenhuis. Dit kunt u onder andere regelen via uw ziekenfonds of een thuiszorgwinkel.

  • Na een stabilisatie van de knieschijf zijn krukken steeds noodzakelijk tot de goede spierfunctie van de dijspier hersteld is. Meestal lukt het om enkele weken na de operatie met een kruk in huis te lopen. De volledige recuperatie van een goede spiercontrole na een stabiliserende operatie van de knieschijf duurt meestal enkele maanden. Een goede voorbereiding van de dijspier voor de operatie en een snel hervatten van de oefeningen na de operatie zijn zeer belangrijk voor een snel herstel.

Hoe verloopt de operatiedag?

 

Op de dag van opname voor de operatie draagt u gemakkelijk zittende kleding en schoeisel. Persoonlijke spullen zoals geneesmiddelen, kleding en toiletartikelen brengt u mee naar het ziekenhuis, evenals uw krukken. Laat waardevolle spullen zoveel mogelijk thuis.

De operatie verloopt als volgt:

 

  • U verschijnt nuchter op de afgesproken tijd in het ziekenhuis. U dient twee uur voor de aangegeven operatietijd aanwezig te zijn. 

  • Soms wordt er een steunkous aangemeten.

  • Na de voorbereiding door de anesthesist vindt de operatie plaats in de operatiekamer.

  • Na de operatie komt u rustig bij van de verdoving in de ontwaakruimte.

  • Na de operatie wordt er meestal onmiddellijk een bovenbeengips aangelegd.

  • Er wordt verwacht dat u onmiddellijk regelmatig uw enkels beweegt om de bloedcirculatie ter hoogte van de benen te stimuleren en flebitis te voorkomen. Om spieratrofie ter hoogte van de dijspieren te voorkomen, zou u ook regelmatig de dijspier moeten opspannen.

  • Een kinesist van het ziekenhuis komt langs en legt u uit hoe u moet stappen met krukken en welke oefeningen u thuis kunt doen om het herstel spoedig te laten verlopen. Met bijkomende vragen kunt u zich steeds wenden tot uw orthopedisch chirurg.

  • Op het moment dat u voldoende hersteld bent na de operatie en de orthopedisch chirurg akkoord is met uw ontslag, mag u de volgende dag terug naar huis met uw begeleider. Met het gips dat u krijgt na de operatie kunt u uiteraard niet zelf rijden.

 

Hoe verloopt het herstel na de patella-stabilisatie

Het volledig functioneel herstel na de stabilisatie van uw knieschijf duurt ongeveer 9 maanden waarin u zeer regelmatig zult moeten oefenen om dit volledig herstel te bekomen. Na 6 tot 12 weken zou u echter voldoende hersteld moeten zijn voor de courante activiteiten van het dagelijks leven.
De herstelperiode verloopt in grote lijnen als volgt:

  • De knie zal de eerste dagen en weken dik en gevoelig zijn. Vooral de eerste dagen zorgen de pijn en zwelling voor ongemak en daarom is het belangrijk dat u voldoende pijnmedicatie (Paracetamol volstaat meestal) en een ontstekingsremmer (Diclofenac of Ibuprofen) inneemt.

  • Na de operatie wordt meestal een gips aangelegd voor een tiental dagen. Nadien zult u meestal een brace krijgen tot 6 weken na de operatie.

  • Als het gips of de brace worden verwijderd zijn de dijspieren vaak erg geslonken. U kunt deze spieratrofie gedeeltelijk voorkomen door in het gips en de brace de dijspieren zeer regelmatig aan te spannen. Door te blijven oefenen moet u de spiermassa opnieuw opbouwen.

  • IJs is een goede pijnstiller en vermindert de ontstekingsreactie. We raden u aan 3 tot 4 maal per dag gedurende 15 tot 20 minuten ijs te leggen tot de zwelling en het warmtegevoel verdwenen zijn. Zorg ervoor dat het ijs niet rechtstreeks in contact komt met de huid.

  • U stapt met 2 krukken. Meestal kunt u na 1 tot 2 weken de knie weer belasten met uw volledig lichaamsgewicht in het gips of de brace. U mag zonder krukken stappen in uw brace als u een goede spiercontrole van de dijspier herwonnen heeft. In de brace worden het strekken en plooien van de knie geoefend en zal de knie steeds wat meer belast kunnen worden.

  • Bij het verwijderen van het gips en het aanleggen van de brace worden de hechtingen of steristrips verwijderd zodat u mag douchen.

  • Na 4 tot 6 weken mag u starten met fietsen op de hometrainer (zonder brace) en nadien ook buiten op voorwaarde dat u reeds goed kunt stappen zonder krukken.

  • Na een 6 tot 12 weken mag u oefenen in een fitnesszaal om de spieren maximaal te revalideren. Variatie in toestellen en variatie in intensiteit is belangrijk om het volledig herstel te bevorderen.

  • Indien er een zeer goed herstel van de dijspier opgetreden is, mag u 4 tot 6 maanden na de operatie voorzichtig beginnen joggen. Als dit zeer goed verloopt met het herwinnen van het vertrouwen in de knie mag een individuele sporttraining hervat worden na ongeveer 6 maanden en de collectieve sporttraining 6 weken later.

  • Voor het hervatten van de sportmatchen wordt aangeraden 8 à 9 maanden te wachten tot de knie volledig gerevalideerd is.

De revalidatie na de stabilisatie van de knieschijf vindt steeds plaats onder begeleiding van de kinesitherapeut. In overleg met uw orthopedisch chirurg kan de kinesitherapeut ook het hervatten van sporten coördineren. De lange revalidatieperiode zorgt ervoor dat de functie van de knie en de balans van de knieschijf goed herstellen.
 

Mogelijke complicaties

Bij iedere ingreep kunnen complicaties ontstaan. Zo ook bij de stabiliserende operatie van de knieschijf, al is de kans op een complicatie bij deze ingreep gering. Over complicaties die te maken kunnen hebben met de anesthesie, leest u hier meer.Overleg bij onderstaande complicaties met uw specialist voor eventuele behandeling:

  • Nabloeding van de wondjes of een bloeding in de knie.

  • De wondjes blijven soms lang gevoelig of de huid rond de wondjes voelt doof aan.

  • Er kan een trombose of longembolie ontstaan.

  • Infectie van het kniegewricht.

  • Schade door de operatie aan structuren rond de knie, zoals zenuwen of bloedvaten is zeer zeldzaam.

Soms is het resultaat van de operatie van uw knie niet wat u ervan had gehoopt en blijft er een gevoel van instabiliteit bestaan. Dit komt voor bij een klein percentage van de patiënten (<10%). Met intensieve kinesitherapie en revalidatie lukt het meestal toch een goede stabiliteit te herwinnen. Uiteraard kan de knieschijf bij een nieuw ongeval opnieuw uit de kom schieten. Dit is geen complicatie. In principe wordt er eerst een behandeling met gips voorgesteld die gevolgd wordt door een intensieve revalidatie. Bij blijvende instabiliteit van de knieschijf is een nieuwe operatie met reconstructie van de stabiliserende structuren aan de hand van een andere techniek aangewezen.

Verwachtingen na de patella-stabilisatie

U mag verwachten dat de knieschijf weer goed spoort na een stabilisatie-operatie van de knieschijf en dat de knie weer stabiel wordt met de mogelijkheid om opnieuw intensief te sporten. U moet zich echter wel realiseren dat het een lang en intensief revalidatietraject is waarin ook veel inzet en discipline van u verwacht wordt. Door regelmatig en intensief te oefenen kunt u het functioneel herstel van de spieren omheen de knie bevorderen.
Na de eerste pijnlijke periode wordt de knie in de overgrote meerderheid pijnvrij en stabiel. Bij een knie met belangrijke kraakbeenletsels is het mogelijk dat de knie niet geheel pijnvrij wordt bij belasting. U kunt zich thuis voorbereiden op de operatie door de u geleverde informatie goed door te nemen. Met eventuele vragen kunt u steeds terecht bij uw orthopedisch chirurg die het verwachte resultaat van de ingreep met u zal bespreken.
 

Veel gestelde vragen

  • Hoe wordt bepaald welke ingreep voor mij het meest geschikt is? 
    Afhankelijk van de vastgestelde afwijkingen bij het klinisch onderzoek en de MRI scan bepaalt uw orthopedisch chirurg de oorzaak waarom de knieschijf niet goed spoort. De vastgestelde afwijkingen die verantwoordelijk zijn voor de instabiliteit van de knieschijf worden indien mogelijk hersteld. Zoals hoger beschreven, bestaan er verschillende methoden om te knieschijf beter in zijn goot te laten lopen.

  • Waarom moet ik nuchter blijven voor de ingreep van de voorste kruisband?
    De operatie gebeurt onder verdoving. De reden dat de maag leeg moet zijn voor de operatie, is om te voorkomen dat maaginhoud in de longen kan komen.

  • Hoe lang duurt de operatie?
    De operatie zelf duurt gemiddeld één tot anderhalf uur afhankelijk van de toegepaste techniek. Om de pijn na de operatie goed te kunnen controleren is de opname in het ziekenhuis bijna steeds één of meerdere nachten.

  • Heb ik thuis hulp nodig na de operatie?
    De eerste dagen na de operatie bent u niet zo mobiel als anders. Het is dan prettig als familie of vrienden een handje kunnen helpen.

  • Wanneer mag ik weer werken, sporten en deelnemen aan het verkeer?
    U mag weer autorijden, fietsen of sporten als uw knie weer betrouwbaar en dus krachtig en stabiel genoeg is. De termijn waarop werk kan worden hervat na stabilisatie van de knieschijf, hangt uiteraard af van het soort werk dat u doet. Een kantoorbaan kan meestal na een paar weken weer worden hervat op voorwaarde dat de verplaatsingen met de wagen of de fiets mogelijk zijn. Zwaarder werk kan meestal na enkele weken of soms maanden worden hervat. Sportactiviteiten kunnen, als de knie het toelaat, voorzichtig worden hervat na een aantal maanden, afhankelijk van de soort sport die u doet. U kunt dit best op voorhand bespreken met uw orthopedisch chirurg of kinesitherapeut.

  • Krijg ik na de operatie kinesitherapie?
    Ja, de revalidatie na een knieschijf stabiliserende operatie is steeds onder begeleiding van een kinesitherapeut. Het is aan te bevelen al de keuze voor een kinesitherapeut te maken voordat u wordt geopereerd, zodat u na de operatie snel aan de slag kunt.

  • Krijg ik na de stabilisatie-operatie van de knieschijf een kniebrace?
    Een stabiliserende brace voor de knieschijf wordt meestal voorgeschreven na het verwijderen van het gips. Sommige patiënten hadden voor de operatie reeds een speciale brace om de knieschijf te stabiliseren. Deze kan na de operatie uiteraard terug gebruikt worden. De kniebrace wordt meestal gedragen gedurende 6 tot 8 weken na het verwijderen van het gips. Bij het hervatten van de sportactiviteiten wordt aangeraden de kniebrace tijdelijk opnieuw te dragen gedurende een paar maanden. De kniebrace mag definitief uitgelaten worden bij het herwinnen van het vertrouwen in de knie met een goede spiercontrole, kracht en uithouding.

  • Wanneer mag ik mijn knie volledig belasten? Hoelang moet ik met krukken lopen?
    Ongeveer een week na de operatie kunt u het been in het gips weer met uw volledige gewicht belasten. Dit kan echter variëren en hangt af van de gebruikte operatietechniek. Na verwijderen van het gips raden we aan om te stappen met volledige steun op beide voeten en met twee krukken totdat u een goede spiercontrole herwonnen hebt. Als u een goed gangpatroon hebt, mag u binnenshuis de krukken weglaten na 3 à 4 weken. In ieder geval dient u van in het begin zo normaal mogelijk te stappen waarbij u eventueel het gangpatroon wat overdrijft door de voet en het been goed op te heffen (marcheren). Afhankelijk van de controle van de dijspier stappen de meeste patiënten na 4 tot 6 weken buitenshuis zonder krukken. De krukken kan u ontlenen op de dienst Spoedgevallen, mits betaling van een waarborg. U kan hiervoor ook terecht bij uw mutualiteit of apotheek.

  • Preventie van flebitis en thrombose?
    Routinegewijs krijgen patiënten na deze operatie geen medicatie om klontervorming in het been te voorkomen. Bij patiënten met bijzondere risicofactoren wordt er soms wel een bloedverdunnend medicament via een onderhuidse inspuiting toegediend. Uw behandelend arts zal uitmaken of dit voor u noodzakelijk is. De verpleegkundige kan u eventueel aanleren hoe u deze inspuiting zelf kunt toedienen. Belangrijker dan de medicamenteuze preventie is de bloeddoorstroming in de benen te stimuleren door de voeten, enkels, knieën en heupen zoveel mogelijk te bewegen binnen de pijngrenzen.

  • Wat met de steunkousen?
    Indien u thuis goed rondstapt en uw voeten niet meer opzwellen in de loop van de dag hoeft u de steunkousen niet meer te dragen (4 tot 6 weken). Vraag ook advies aan de arts bij ontslag.

  • Wanneer worden de hechtingen verwijderd?
    U hebt 2 tot 4 wondjes die gesloten werden met hechtingsdraad of met speciale kleefstrips. De hechtingen worden verwijderd tijdens de eerste controleconsultatie 10 tot 14 dagen na de operatie bij het verwijderen van het gips.

  • Wanneer mag ik weer douchen of baden?
    Een douche mag onmiddellijk na verwijderen van het gips. Een ligbad mag 2 later.

  • Wanneer moet ik op controle?
    Controle op de raadpleging orthopedie wordt voorzien na 10 à 14 dagen voor het verwijderen van het gips, na 6 à 7 weken, na +/- 3 maanden en na 6 à 7 maanden. U bent uiteraard steeds welkom bij problemen, bij ongerustheid of bij aanhoudende pijn en zwelling ondanks rust, ijsapplicaties en medicatie. In geval van kraakbeenletsels op de knieschijf zal de genezing wat moeizamer zijn en verloopt de revalidatie meestal iets langzamer. U belt best tijdig voor uw afspraken.

  • Wanneer moet ik contact opnemen met het ziekenhuis?
    Bij vragen kunt u altijd contact met ons opnemen. Tijdens de kantoortijden kunt u het secretariaat orthopedie in het ziekenhuis bereiken op het telefoonnummer 03 650 50 55. Bij zeer acute problemen zoals hoge koorts, lekkende wonde of een warme en pijnlijke kuit, kunt u zich ook steeds wenden tot uw huisarts of de dienst spoedgevallen van het ziekenhuis tel 03 650 50 45.

U kunt zich thuis voorbereiden op de operatie door de u geleverde informatie goed door te nemen. Bij eventuele vragen kunt u best een afspraak maken met uw orthopedisch chirurg die de operatieve procedure, de revalidatie, de risico’s en het verwachte resultaat van de ingreep met u zal bespreken.